Inbegrepen GRATIS producten
Orion F1 Case Studies: de optimale plantafstand
Vraag je je af of je kweekruimte misschien nog plek heeft voor één extra plant, zonder dat dit ten koste gaat van de algehele kwaliteit en oogst? Onze teeltproeven met Orion F1 hebben interessante inzichten opgeleverd. Ontdek hoe je de ideale plantdichtheid bereikt voor een gezonde groei, optimale productiviteit en maximale oogst.
Inhoud:
Als kweker heb je het vast wel eens meegemaakt: je dacht nog wel een extra plant in je kweekruimte kwijt te kunnen om er vervolgens achter te komen dat je iets te enthousiast was. Maar wat nu als je planten zo hard groeien dat ze je stoutste dromen overtreffen? In dit artikel maken we een einde aan je twijfels. Hier leer je hoe het aantal planten per vierkante meter impact heeft op de morfologie ervan, en meer specifiek hun hoogte. Daarbij baseren we ons op gegevens afkomstig uit tweejarige teeltproeven met Orion, een F1-hybride van RQS. Aan de hand hiervan proberen we een idee te geven van de optimale plantdichtheid voor een gezonde groei en de best mogelijke opbrengst. Daarnaast leggen we uit hoe de fotoperiode en lichtintensiteit de hoogte van je planten beïnvloeden in relatie tot de oogst. Laten we beginnen!
Wat betekent plantdichtheid in de agrarische sector?
De term plantdichtheid verwijst naar het aantal afzonderlijke planten per oppervlakte-eenheid. Daarbij is een vierkante meter het meest gangbaar en dit gebruiken we dan ook in dit artikel.
De plantdichtheid is een heel belangrijke factor. Het bepaalt namelijk hoezeer planten moeten strijden om voldoende genoeg licht, voeding, koolstofdioxide, water en zelfs verse lucht te krijgen. Dat laatste hebben planten nodig voor transpiratie, een proces waarbij ze door de huidmondjes van de bladeren water verdampen.
Slimme koppen op het gebied van binnenteelt raden meestal aan om de plantdichtheid te optimaliseren. Hierbij gaat het erom dat je de beschikbare teeltomgeving maximaal benut en tegelijk genoeg ruimte tussen de planten houdt, zodat ze voldoende inputs tot hun beschikking hebben en kunnen transpireren. Het doel hiervan is niet alleen de planten zo gezond mogelijk te houden, maar ook om de maximale oogst per vierkante meter te behalen.
Effecten van een hoge plantdichtheid bij wietteelt
Wanneer je binnen teelt, uit een hoge plantdichtheid zich met name in uitgerekte stelen. Oftewel: de planten worden hoger dan wanneer ze meer ruimte tot hun beschikking hebben.
Andere interessante en bekende effecten van een hoge plantdichtheid zijn het aantal wortels per plant en de impact op de bladoppervlakte-index (LAI). Dit is echter een onderwerp voor een ander artikel.
Het is belangrijk om op te merken dat alle F1-hybriden van Royal Queen Seeds tijdens de proeven hoger werden bij een hogere plantdichtheid, vergeleken met planten die minder dicht op elkaar werden geteeld.
Om dit fenomeen beter te begrijpen, is het belangrijk dat je wat meer weet over de relatie tussen de fotosynthetische fotonfluxdichtheid (PPFD), Daily Light Integral (DLI) en de oogst.
-
De impact op de hoogte van wietplanten
Maar waarom worden wietplanten hoger als er meer exemplaren per vierkante meter staan? Simpel gesteld, komt dit door het feit dat de planten met elkaar strijden om het beschikbare licht. Daarbij schieten ze de hoogte in op zoek naar verlichting.
In meer wetenschappelijke termen: bij een constante PPFD en DLI en een hogere plantdichtheid ontvangt elke plant minder fotonen per oppervlakte-eenheid en per tijdseenheid. Als gevolg daarvan richten planten zich op de productie van biomassa, met stelen die in lengte toenemen. Dit bevordert de concentratie auxine in de gebieden rond de apicale meristemen. Zo kunnen parenchymateuze en vasculaire cellen uiteindelijk meer fotonen opvangen, waardoor planten de fotosynthese verhogen en meer biomassa produceren.
Bij planten met een apicale dominantie, zoals Cannabis sativa, betekent een hoge concentratie auxine in de apicale meristemen dat er een remmend effect optreedt bij de weefsels van intercalaire meristemen die zorgen voor zijwaartse groei. Door de apicale dominante van een plant te doorbreken (via topping/fimmen), bevorder je de concentratie auxine in de lager gelegen delen van de plant. Dit stimuleert de groei van de intercalaire meristemen en resulteert uiteindelijk in een bredere plant.
Je begrijpt nu dat hoe minder licht er beschikbaar is (en dus minder fotonen), hoe groter de concentratie auxine in de apicale meristemen en hoe hoger de plant wordt.
Vergelijkend onderzoek: Orion F1-hybride
Orion F1 van Royal Queen Seeds is twee jaar lang onderzocht, in zeven verschillende teeltoperaties. In een aantal proeven zijn de planten met een optimale dichtheid geteeld en in de andere proeven is gekozen voor een hoge plantdichtheid. Als we de groeipatronen vergelijken, afhankelijk van de DLI-waarde, zien we het volgende:
- Toename in planthoogte van tot 71% bij een verhoging van de plantdichtheid van 5,4 planten/m² naar 7,9 planten/m².
- De toename in planthoogte die het gevolg is van een hogere plantdichtheid kan worden beperkt door de DLI te verhogen van 39 mol/m²/dag naar 65 mol/m²/dag.
- Als we de DLI opdrijven, verhogen we de fotosynthetische fotonfluxdichtheid vermenigvuldigd met het aantal uren daglicht. Als gevolg hiervan neemt de hoeveelheid auxine die beschikbaar is in apicale meristemen af. Hierdoor groeit de plant niet alleen minder, maar levert ook meer toppen per plant op.
- Een verhoging van de plantdichtheid zorgt niet voor een grotere oogst.
- Een verhoging van DLI zorgt voor kortere planten.
- Een verhoging van DLI zorgt voor planten die grotere oogsten produceren.
- Een grotere oogst hangt samen met een optimale plantdichtheid en een hoge DLI.
Dit is allemaal waardevolle informatie die kan helpen bij het optimaliseren van zowel de groei als de gezondheid van wietplanten.
Praktische toepassingen voor kwekers
Wil je de opbrengst van je teelt verhogen en meer gram wiet per plant oogsten? Dan moet je zorgen voor een optimale plantdichtheid en een hoge PPFD per aantal daglichturen.
Kies je een hoge plantdichtheid, dan kun je ook hoge planten verwachten. Wil je dit tegengaan en de hoogte van planten beperken, kun je het lichtvermogen verhogen (de PPFD en de fotoperiodische belichting).
Bovendien kun je de opwaartse groei bij wiet beperken door apicale snoei toe te passen (topping/FIM), waarmee je de apicale dominantie vermindert.
-
Optimale teeltomstandigheden
Uit ons onderzoek met RQS F1-hybriden blijkt dat de optimale omstandigheden voor de binnenteelt nauw samenhangen met de perfecte plantdichtheid per vierkante meter en krachtige lichtblootstelling, met een fotoperiode van 18 uur.
We zagen met name een aanzienlijke toename van de oogst bij een optimale gewasdichtheid van 5,4 planten/m² en een DLI van 65 mol/m²/dag (1000 micromol/m²/s bij 18 uur licht per dag).
Al met al wisten we nagenoeg perfecte parameters te hanteren (die je thuis moeilijk kunt bereiken als je binnen kweekt). Denk aan het gebruik van aanvullende CO₂, een enorme hoeveelheid licht per dag, de ideale afstand tussen het bladerdak en de groeilampen, het optimaliseren van het aantal planten per vierkante meter en het toedienen van hoogwaardige voeding. Uiteindelijk leverde onze Orion F1-hybride autoflower maar liefst 1,4 kg per vierkante meter op!
Plantdichtheid: het verschil is enorm
Het is je waarschijnlijk vast wel duidelijk dat het belangrijk is om een goede balans te vinden tussen het aantal wietplanten dat je op een vierkante meter kweekt en het Daily Light Integral. Bij onze teeltproef kregen we compactere planten en grotere oogsten door de optimale omstandigheden met betrekking tot de plantdichtheid te creëren.
Om de oogst te vergroten, moet je dus niet zo veel mogelijk planten dicht op elkaar zetten — integendeel. Dit resulteert namelijk in hogere, slungelige planten die per stuk een lager oogstgewicht produceren.
Nu weet je dat er een belangrijke relatie is tussen de plantdichtheid, het beschikbare licht, hoogte en opbrengst. Ga ook vooral zelf op onderzoek uit en gebruik deze intrigerende informatie in je voordeel!
Stop nooit met experimenteren
We moedigen alle kwekers aan om te blijven experimenteren met de optimale afstand tussen planten en verschillende lichtintensiteiten. Wat voor de ene kweker werkt, pakt bij de ander minder goed uit. Uiteindelijk geeft niets meer voldoening dan het verbeteren van je eigen vaardigheden, of je nu net begint met het telen van wiet of al veel ervaring hebt.
En zoals we eerder in dit artikel al aanstipten, zijn vooral het spectrum, de samenstelling en de beschikbaarheid van het licht doorslaggevend voor de planthoogte en oogst. Het spectrum kun je zien als het DNA van het licht; het bepaalt hoe de fotonen worden verspreid over de verschillende golflengten waaruit dat licht is samengesteld. Twee lampen met hetzelfde vermogen kunnen een ander spectrum hebben, wat de groei en ontwikkeling van je wietplanten sterk kan beïnvloeden.