Inbegrepen GRATIS producten
Wiettoppen: een anatomische analyse
Wiettoppen zitten vol magie die je met het blote oog niet kunt zien. En wat bij de meeste wietliefhebbers bekendstaat als 'toppen', heeft in werkelijkheid een andere naam. En die bekende haartjes... stampers, toch? Nee, dit zijn eigenlijk stigma's. Duik hier in de anatomie van wiettoppen, en bekijk ze door een andere bril!
Inhoud:
Stel je eens voor: je hebt geoogst, en je staart naar je kersverse toppen. Het is niet je eerste kweek, en je gebruikt al je kennis en al je zintuigen om het resultaat zorgvuldig te analyseren. Ze ruiken lekker, zijn plakkerig, hebben een ijzig laagje en van die rare kleine haartjes.
Maar afgezien van deze waarneembare kenmerken, zijn wiettoppen zeer complex. Ze produceren namelijk de meeste fytochemicaliën die cannabis zo waardevol maken, waaronder cannabinoïden en terpenen. Bovendien bevatten ze talloze anatomische componenten die je met het blote oog lastig kunt zien.
Waar zitten de toppen op wietplanten?
Als je wiet kweekt, weet je vast wel waar de toppen (of cola's) van wietplanten zich bevinden. Cola's vormen zich aan het uiteinde van takken, en worden ook wel 'terminal buds' genoemd. Bij ongetrainde planten vormt zich vaak een grote centrale cola bovenin, waardoor ze een beetje op een kerstboom lijken. De grootte van dit soort verticale toppen hangt af van de genen van de plant, en hoe ze op haar omgeving reageert.
Planten produceren ook veel kleinere toppen. Deze worden vanwege hun vorm soms 'popcorn toppen' genoemd en vormen zich op de nodes, de plekken waar de bladstelen (takken) samenkomen met de hoofdsteel.
De verschillende onderdelen van een cannabis top
Cannabistoppen worden vaak ten onrechte zo genoemd. Het zijn eerder bloeiwijzen, bestaande uit stengels, takjes, schutbladeren en bloemen.
De daadwerkelijke bloemen van wiet[1] zijn eigenlijk de stampers. In de botanie worden stampers beschreven als de reproductieve structuren die het bestuivingsproces ondersteunen. De stampers[2] van wiet zijn samengesteld uit twee stigma's, een stijl en een zaadknop die door met trichomen beklede schutbladeren worden beschermd. Wat veel mensen een 'top' noemen, is dus eigenlijk een compacte verzameling van vrouwelijke bloemen, of stampers.
Hieronder gaan we dieper in op de anatomie van stampers en toppen. We behandelen alle belangrijke factoren, groot en klein.
Kelken
Veel wiettelers verwarren schutbladeren met kelken. Wiettoppen hebben geen overduidelijke kelk, maar wel kelkcellen. Deze zitten in de bloembekleedselen: doorschijnend weefsel dat de zaadknop gedeeltelijk omhult. In deze zaadknop ontwikkelen zich zaden.
Trichomen
Trichomen zijn klieren die dat beroemde witte laagje op wiettoppen veroorzaken. Met het blote oog lijkt het niks bijzonders. Toch nemen deze klieren veel verschillende vormen aan:
- Bolvormige trichomen: deze zijn klein en rond
- Trichomen met korte stelen: deze hebben een grote bolvormige kop en een korte steel
- Trichomen met lange stelen: dit type heeft een grotere kop en een langere steel
De laatstgenoemde zijn de belangrijkste producenten van terpenen en cannabinoïden. Ze produceren deze gewenste secundaire metabolieten in secretoire weefsels en slaan ze op in onderhuidse holtes. Trichomen maken deze verbindingen aan om verschillende redenen, waaronder het beschermen van een plant tegen insecten en UV-stralen.
Stigma
Er bestaat wat verwarring in de cannabiscultuur als het gaat om het stigma van wietplanten. Elke stamper produceert twee stigma’s die omhoog groeien.
Kwekers noemen deze haarachtige structuren vaak ook 'stampers', maar het zijn eigenlijk slechts onderdelen daarvan. Stigma's zijn bedekt met kleine haartjes die als 'papillen' bekendstaan. Deze helpen om mannelijk stuifmeel uit de lucht te vangen. Vervolgens komt het stuifmeel aan de zijkant van het vrouwelijke stigma vast te zitten en wordt het genetisch materiaal overgedragen dat tot bevruchting leidt. Tijdens de bloeifase zijn de stigma’s eerst wit en krijgen ze geleidelijk aan een oranje/bruine kleur.
Schutbladeren
Schutbladeren zijn bladeren die de componenten van de stamper beschermen. Deze fragiele structuren omvatten de zaadknop, de stijl en het onderste gedeelte van de stigma's. Omdat schutbladeren zulke kostbare structuren beschermen, zijn ze uitgerust met de hoogste concentratie trichomen. Over het algemeen zijn schutbladeren dan ook het belangrijkste weefsel voor wietkwekers.
Stampers
Tenzij je plantkunde gestudeerd hebt, denk je waarschijnlijk dat 'stampers' die kleine harige uitsteeksels op de bloemen van wiet zijn. Dit is een veel voorkomende misvatting, waarbij de stamper met de stigma's wordt verward. Stigma's vormen slechts een deel van deze reproductieve structuur, naast de stijl en de zaadknop.
Suikerblaadjes
Suikerblaadjes zijn kleine blaadjes die rond de toppen groeien. Hoewel ze veel kleiner zijn dan de grotere ‘fan leaves’, spelen ze een belangrijke rol. Deze fotosynthetische blaadjes kunnen namelijk dicht bij de toppen essentiële suikers creëren.
Trichomen groeien ook volop op suikerblaadjes, en de blaadjes bieden zo tevens bescherming tegen plagen, roofdieren en abiotische stress. Telers verwijderen deze suikerblaadjes na de oogst, voor of na het knippen, maar bewaren ze vaak wel. Hoewel ze minder trichomen bevatten dan schutbladeren, kun je er bijvoorbeeld prima hasj van maken!
Cola
Cola's zijn specifiek de toppen die zich aan het einde van de takken vormen. Om deze reden worden ze ook wel 'terminal buds' genoemd. Cola's zijn de grootste clusters van stampers op wietplanten. Wanneer je je planten niet traint of snoeit, ontwikkelen ze grote cola's die er niet alleen indrukwekkend uitzien, maar ook zwaar zijn.
Vrouwelijke vs. mannelijke wiettoppen
Cannabis is een tweehuizige soort. Dat wil zeggen dat er zowel mannelijke als vrouwelijke planten kunnen ontstaan. Vrouwtjes ontwikkelen stampers met twee stigma's in een schutblad. Maar hun mannelijke wederhelften bestaan uit andere componenten:
- Meeldraden: de stuifmeel producerende delen van een bloem
- Helmknoppen: de delen van de meeldraden die stuifmeel produceren
- Filamenten: structuren die de helmknoppen ondersteunen
- Kelkbladen: weefsels waarbinnen de meeldraden zich ontwikkelen
Mannelijke wiettoppen zien er vroeg in de bloeifase als een soort zakje uit. Na een tijdje openen de kelkbladen zich en beginnen de helmknoppen stuifmeel af te geven om vrouwelijke bloemen te bevruchten.
Sativa- vs. indicatoppen
Net als bij bepaalde aspecten van de marihuana-plantkunde, worden er wat betreft sativa en indica ook zaken door elkaar gehaald. Door de jaren heen heeft de industrie het beeld geschetst dat sativa en indica strains specifieke effecten hebben. Zo worden sativa-planten met een stimulerend effect en indica's met een stonede high geassocieerd.
In werkelijkheid liggen de zaken wat complexer. Het klopt dat THC aan de basis staat van de effecten van elke strain, maar er komt meer bij kijken. Elke soort heeft namelijk verschillende aromatische terpenen die ook een bepaald effect hebben. Een sativa-plant kan daarbij zeker voornamelijk stimulerende terpenen produceren, maar dit is lang niet altijd het geval!
De cannabissubtypes Indica en Sativa verschillen echter wel duidelijk qua morfologie. Sativa strains zijn groter en hun fan leaves hebben dunne bladvingers, terwijl indica-planten vaak klein zijn en bredere bladvingers hebben. Naast deze verschillen hebben indica-subtypes meestal kleine, compacte toppen, terwijl sativa toppen doorgaans groter en voller zijn.
Dichte vs. luchtige toppen
Verschillende factoren bepalen de dichtheid van de toppen. Zoals we al eerder zeiden, spelen de genen een grote rol. De dichtheid van de toppen zegt soms echter ook wat over hoe optimaal de wiet is gekweekt.
Zo dragen de verlichting, voeding, temperatuur en luchtvochtigheid ook allemaal bij aan de dichtheid van de toppen. Als deze factoren niet optimaal zijn, kan dat leiden tot luchtige wiettoppen van slechte kwaliteit, doordat ze minder secundaire metabolieten aanmaken.
Wiettoppen: kleuren en betekenissen
Je komt een palet aan kleuren tegen wanneer je wiettoppen bestudeert. Sommige hiervan zijn genetisch bepaald, andere hebben te maken met omgevingsfactoren. Laten we eens een paar kleuren bespreken:
- Groen: de meeste wiettoppen zijn groen vanwege hun chlorofylgehalte.
- Paars: sommige wiettoppen worden paars door de aanwezigheid van anthocyanine, een flavonoïde pigment.
- Wit: wiettoppen kunnen soms witachtig lijken vanwege jonge stigma's en een hoge dichtheid van trichomen.
- Oranje: als stigma's volwassen worden, beginnen ze rode en oranje-achtige tinten te vertonen.
Zaden op de toppen
Zaadvorming op de toppen is iets wat de meeste kwekers proberen te vermijden (tenzij ze veredelen), omdat dit funest is voor de kwaliteit van de wiettoppen. Na bevruchting begint de zaadknop in het schutblad tot een zaadje op te zwellen. Dit zorgt ervoor dat de plant al haar energie in de reproductie gaat steken, in plaats van in de topvorming.
Wiettoppen: een diepere kijk op de nomenclatuur
Hopelijk heb je nu meer inzicht in de anatomie van wiettoppen. Je kennis gaat nu, als het goed is, verder dan het oppervlakkig beoordelen van een cola. In plaats daarvan kun je stampers, stigma's, trichomen, schutbladeren en energieproducerende suikerblaadjes van elkaar onderscheiden. Gefeliciteerd!